-
De context in zijn geheel
Waar doen we het allemaal voor? En daarmee bedoel ik het specificeren van bijvoorbeeld op wet- en regelgeving gebaseerde dienstverlening in de publieke sector. Natuurlijk ook voor de dienstverlening in bijvoorbeeld de bankensector of de verzekeringswereld. Ook daar hebben we te maken met regelgeving. Denk maar aan de hypotheekvoorwaarden of de voorwaarden van een zorgverzekering.
Wat ik mijzelf weleens afvraag is waarom er bijvoorbeeld in de medische wereld en in de luchtvaart wel met protocollen gewerkt wordt en in de ICT-wereld niet.
Misschien is het ontbreken van analyseprotocollen wel de reden waarom er zoveel miljarden worden uitgegeven aan IT-projecten die of nooit afkomen of worden gestopt zonder bruikbaar resultaat.
-
De context
In welke context begeven we ons? In het bankwezen, de verzekeringswereld, de handelsmaatschappij of de op wet- en regelgeving gebaseerde dienstverlening.
Elke context heeft zijn eigen begrippenkader of jargon.
Een paard op een manege verschilt toch echt van een paard bij de turnvereniging.
Met een klik op 'Over oppervlakte- en dieptestructuur' komt u meer te weten over dit onderwerp. Deze pagina blijft actief, dus u kunt zo weer met deze presentatie verdergaan.
Over oppervlakte- en dieptestructuur
-
Begripsdefinities
Voordat we een onderwerp gaan beschrijven vragen we ons eerst af: Wat is het? We noteren de betekenis ervan, in een voor elke belanghebbende begrijpelijke taal.
Om informatie goed te kunnen begrijpen is het van belang te weten wat er met de gehanteerde begrippen bedoeld wordt.
Teksten, schematische voorstellingen, bedrijfscommunicatie in het algemeen, ze staan vol met jargon en dus begrippen.
Wat is verzekeren?
Wat is een schadeclaim?
Wat is een hypotheek nemen, wat is een hypotheek geven?
Neem de Wet flexibel werken:
Wat betekent arbeidsduur?
Wat betekent arbeidsplaats?
Wat betekent werktijd?
Wat is spreiding?
-
Het doel of nut
WAAROM doen we het?
Het onderwerp dat we gaan beschrijven dient ergens voor. Als we dat weten en kunnen uitleggen, hebben we de beschrijving van het doel of nut van dat onderwerp.
En dat doen we natuurlijk SMART, het acroniem van Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch en Traceerbaar.
Waarom zou ik iets over de Wet flexibel werken gaan beschrijven, oftewel de daaraan gekoppelde dienstverlening gaan specificeren, als ik niet weet waar die dienstverlening toe dient?
-
Concrete voorbeelden of illustraties
Het zal u zeer aannemelijk in de oren klinken als ik zeg dat het hoogste kwaliteitsniveau van informatie concreet is, zoveel mogelijk ontdaan van mogelijke misverstanden. Concrete voorbeelden, concrete illustraties en uitgewerkte concrete scenario's zijn daar voorbeelden van. Waarom is dat zo?
De ervaring leert dat domeindeskundigen of materie-experts uitstekend kunnen communiceren in hun eigen jargon, geïllustreerd met concrete scenario's, voorbeelden, etc.
Misschien dat in een analyseprotocol de eis moet worden opgenomen dat elk genomen besluit te traceren is op basis van een concreet voorbeeld, concreet scenario of concrete illustratie.
Zou zoiets goed aan te leren zijn? Aanleren is overigens gemakkelijker dan afleren. Het afleren van het continu werken met abstracte en vage taal is geen sinecure. Zelfs als de voorbeelden blijken te werken, wil men dat nu eenmaal aangeleerde gedrag van abstract en vaag blijven nog niet loslaten.
Angst? Onzekerheid? Gemakzucht? Of gewoon eigenwijs?
Ik zie de oplossing meer in de aanpak tot een dergelijke verandering en baseer me daarbij op een leerzaam boekje getiteld 'Know can do!' van Ken Blanchard, Paul J. Meyer en Dick Ruhe.
'Van weten naar (blijven) doen!'
-
Informatie- & communicatiepatronen
Welke gegevens worden vastgelegd? Hoe wordt gecommuniceerd over die gegevens om er begrijpelijke informatie van te maken?
Eigenlijk moeten we niet meer spreken over data of gegevens. Het enige werkbare is spreken over informatie.
Vorm en betekenis zijn nodig om de inhoud van een bepaald domein precies te begrijpen.
'Geef ons onze werkwoorden terug!'
Geen losse opsommingen van woorden in rechthoeken met lijnen en dropjes om gekunstelde (niet traceerbare) objectdiagrammen te maken, maar zinnen in onze taal. Zinnen in het jargon van de materie-experts en gebruikers kunnen omzetten naar een diagramtaal, die direct terug te transformeren is naar taal met concrete voorbeelden.
Geen opdracht aan de materie-expert of gebruiker als 'U Moet Leren'.
U leert ons. Wij leren van u, wij zijn degenen die uw taal moeten begrijpen, het kan niet zo zijn dat u IT-jargon (Siliconees) moet leren.
-
Integriteitsregels
Willen we de informatie zinvol houden, dan zullen we de integriteit moeten laten bewaken.
De bewakers of integriteitsregels zijn systematisch en weer met concrete voorbeelden, scenario's of illustraties te achterhalen.
-
Afleidingsregels
Natuurlijk herkent u het volgende; u typte uw postcode en huisnummer in en uw volledige adres verschijnt op het scherm.
Of dat u bij een internetboekhandel een couponcode intypte en de korting wordt automatisch van de oorspronkelijke prijs afgetrokken.
Dit zijn voorbeelden van informatie die afgeleid wordt. Dat doen we met de zogenaamde afleidingsregels. Ook deze zijn weer protocolmatig met concrete ... u weet het inmiddels wel.
-
Gedragsregels
Het gedrag wordt gespecificeerd met hoe en wanneer onder welke condities informatie kan worden:
1. toegevoegd
2. opgevraagd
3. gewijzigd
4. verwijderd
Wederom systematisch met concrete voorbeelden, illustraties en scenario's.
-
Events, of eventregels
Wanneer gebeurt het afleiden? Wanneer gebeurt het toevoegen, wijzigen, opvragen of verwijderen?
Deze processen, oftewel de afleidingsregels en gedragsregels, zullen een keer moeten worden uitgevoerd. Tja, beschrijven of specificeren van het wat en hoe van processen is één en daarnaast zullen we moeten specificeren wanneer deze uitgevoerd moeten worden.
Dat doen we met de events, oftewel de eventregels.
Ook weer met systematisch, protocolmatig analyseren?
Ja, ook dit gebeurt protocolmatig.
Wat is de samenhang van al die onderdelen op de iPSR™ communicatiekaart?
Dat geven we schematisch weer op de volgende slide.
-
De onderlinge samenhang
In deze slide is de samenhang van de iPSR™-communicatiekaart weergegeven, maar dat zegt nog niet echt veel.
Wellicht dat u hier meer van wilt weten. Stuur me een bericht als uw nieuwsgierigheid is gewekt. Dan kunnen we een afspraak maken en zal ik dieper ingaan op deze samenhang en u concrete voorbeelden laten zien. U klikt op de envelop rechtsonder in beeld om een bericht te maken en te versturen.
-
Niet-toegestane overgang
Het is in Nederland niet toegestaan dat een verkeerslicht van rood naar oranje springt. Dit is een voorbeeld van een niet- toegestane overgang.
Is een persoon ongehuwd, dan kan deze status niet veranderd worden in gescheiden. Ook een voorbeeld van een niet-toegestane overgang.
-
Wel-toegestane overgang 15a - 16a
Het verkeerslicht op een kruispunt, wederom in Nederland, springt van rood naar groen, wanneer dan?
Het wanneer van dit proces wordt beschreven als eventregel, (17 - 18a).
-
Wel-toegestane overgang 15b - 16b
U bent bezig met het wijzigen van de burgerlijke staat van een medewerker, uw medewerker heeft de burgerlijke staat 'ongehuwd' en u wilt dat wijzigen in 'gehuwd'.
Wanneer doet u dat?
Welke event heeft moeten plaatsvinden, (17 - 18b)?
-
Nogmaals de samenhang